Arian Meeuwsen (DSC): 'Tegenwoordig ben je bijna meer psycholoog dan voetbaltrainer'

KERKDRIEL - Hij promoveerde naar de tweede klasse, maar traint dit seizoen een vierdeklasser. Toch is DSC-trainer Arian Meeuwsen tot op het bot gemotiveerd.

"Als je op de helft van de tegenstander wil voetballen, moet je dat niet doen met backs die draaien als een vrachtwagen met oplegger." Het is één van de mooie uitspraken die Arian Meeuwsen doet om zijn voetbalvisie kracht bij te zetten. De 45-jarige trainer uit Oss toont zich aan de hand van het bord met magneetjes een tacticus. Dat zat er naar eigen zeggen al op jonge leeftijd in.

"Ik keek ooit op televisie een programma waarin Louis van Gaal en Dick Advocaat vertelden dat zij vroeger graag strategische spellen deden. Ik wil mezelf absoluut niet met hen vergelijken, maar ik vond schaken en Stratego toen ik jong was ook interessant. Dat tactische komt voor mij nu in het voetbal weer terug."

Laptop
Één van de middelen waarop hij zijn tactiek baseert is de 'Soccerstats'-app die hij samen met zijn compagnon heeft ontwikkeld. Daarin is aan de hand van videobeelden onder meer direct inzichtelijk te maken welke passlijnen het vaakst gehanteerd worden en waar het meeste balverlies is geleden. Aangezien Meeuwsen zelf niet kan bogen op een carrière in het betaald voetbal, is het verleidelijk hem een 'laptoptrainer' te noemen.

Die kwalificatie vindt hij desalniettemin onterecht: "Die term wordt volgens mij vooral gebruikt door mensen die zelf nooit een laptop hebben gebruikt. Als je als trainer naast een speler zit om beelden te bekijken, dan ben je bij mij geen laptoptrainer. We moeten het ook allemaal niet te belangrijk maken. Het moet toch nog altijd gewoon op het veld gebeuren, maar alle effecten die invloed op ontwikkeling van spelers kúnnen hebben, moet je inzetten. Ik zal alleen niemand verplichten. Ik besteed liever twintig minuten aan iemand die geïnteresseerd is dan tien minuten aan iemand die niet geïnteresseerd is. Dat heb ik ook van tevoren gezegd; alleen met degenen die het graag willen ga ik een POP-gesprek voeren."

Meer effect
Het klinkt voor de klassieke voetballiefhebber onbekend in de oren, maar toch is het gesprek over het zogeheten persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) een belangrijk aspect van de werkwijze van Meeuwsen. Tijdens zo'n gesprek gaat hij samen met een speler aan de hand van videobeelden bekijken wat er goed ging en wat beter kon, legt hij uit: "Je kunt als trainer wel iets roepen, maar het heeft vaak veel meer effect als je daadwerkelijk kan laten zien wat er fout ging. Tegenwoordig zijn de jongens niet anders gewend dan filmpjes te kijken op Youtube, dus waarom zouden ze dan niet naar filmpjes van zichzelf kijken? Spelers hebben vaak behoefte aan duidelijkheid en daarvoor zijn videobeelden ideaal. Die duidelijkheid helpt bij het verder ontwikkelen van een speler. Natuurlijk; voetbal is en blijft een teamsport, maar als het individu zich ontwikkelt, wordt het team ook beter."

Het persoonlijke één-op-één-contact is volgens Meeuwsen vooral in deze tijd erg waardevol: "Ik vind het bijvoorbeeld belangrijk om te weten wat iemand doet en beweegt buiten zijn voetbalcarrière. Tegenwoordig ben je bijna meer een psycholoog dan een voetbaltrainer. Je kunt als trainer verbaal tegengas geven, zoals ik vroeger te vaak deed. 'Als ik hard genoeg terug schreeuw dan worden ze vanzelf stil'. En dat lukte toen ook, maar nu moet je dat meestal anders oplossen. Een speler zegt gerust tegen de trainer dat-ie het ergens niet mee eens is. Oké, er mag ruimte zijn voor discussie, maar niet op het trainingsveld."

Maatschappelijk probleem
Meeuwsen ziet dat die mentaliteit ook bij DSC alomtegenwoordig is en wil dat maar al te graag aanpakken. Te beginnen bij het thuisfront: "Naar mijn mening zijn ouders daarin heel belangrijk. Als zij er niet volledig achter staan dat hun zoon of dochter naar het voetbal gaat, maar juist liever hebben dat ze achter de Playstation zitten zodat ze zelf een uur langer rust hebben, dan wordt de kans dat het kind mentaal beter en sterker wordt, kleiner. Het is een maatschappelijk probleem, vind ik. En dat zie je terug op het voetbalveld. Die dingen willen we hier binnenkort eens bespreekbaar gaan maken."