Streven: Glaspark Leerdam over drie jaar open

LEERDAM - De realisatie van het Glaspark, het nieuwe complex waar de Leerdamse buitensportverenigingen zich voor inzetten, is geraamd op 4,5 miljoen euro.

“Het water staat ons tot aan de lippen. En eigenlijk nog hoger.” Ingrid Luk van de Leerdamse Korfbalvereniging Ter Leede maakt duidelijk waarom de vier verenigingen hard toe zijn aan een nieuwe accommodatie. Als alles meezit moet het sportpark over een jaar of drie in gebruik worden genomen. “Het zou mooi zijn als we het nog als gemeente Leerdam kunnen openen”, lacht wethouder Bart Bruggeman.

Afgelopen zaterdag gaven de verenigingen opening van zaken. Gemeenschappelijke deler: het getob over de huidige accommodaties stijgt de clubs boven het hoofd. Leerdam Sport rekende bij de komst van de Broekgraaf al op een verhuizing en heeft nu bovendien te maken met drainageproblemen. En ook de zorgen van de hockey- en de korfbalclub zijn groot. “Bij LRC ziet het er nog aardig uit, maar ook wij kampen met lekkende daken en hebben behoefte aan kunstgras”, benadrukt voorzitter Theo van der Weiden.

Eensgezinde conclusie: “Alles hangt met strotouwtjes aan elkaar. Het wordt tijd voor een volgende stap. Maar: als clubs kunnen we die stap niet alleen realiseren.”

Drie kunstgrasvelden
Vandaar dat LRC en de hockeyclub een tijdje terug rond een bakje koffie met elkaar aan de praat raakten. Daarop schoven de andere verenigingen aan. Een jaar later ligt er een onderzoek op tafel dat duidelijk maakt dat de realisatie van een nieuw gezamenlijk complex haalbaar is. Daarbij is onder meer gekeken naar de aantallen sporters van de verenigingen - die alle vier groeien – de benodigde grond en het financiële aspect.

Volgens het huidige voorstel omvat het Glaspark straks vijf voetbalvelden – waaronder drie met kunstgras – twee hockeyvelden en ruimte voor de korfballers. Voor leden en bezoekers worden 250 parkeerplaatsen ingeruimd.

Voor de hand liggende locatie is het huidige complex van LRC, al moet dan wel extra grond worden aangekocht om aan alle wensen te voldoen. De huidige accommodatie van Leerdam Sport is een alternatief, hoewel de gemeente dat terrein op termijn interessanter vindt voor woningbouw.

Identiteit
Naast voldoende ruimte om alle teams te laten spelen, is behoud van de eigen identiteit een eis die de leden aan hun besturen hebben gesteld. Met name Leerdam Sport en LRC hechten zeer aan een eigen kantine, terwijl de rood-witten ook een eigen hoofdveld en tribune hoog op het verlanglijstje hebben staan. “Niemand krijgt 100 procent zijn zin, de vraag is nu vooral of we willen of niet. Als dat het geval is zoeken we een oplossing waar we allemaal mee kunnen leven”, benadrukt Theo van der Weiden.

De bestuurders beseffen het belang van het nieuwe complex. “Anders doen we de volgende generatie te kort.” Waarbij de Leerdam Sporters John Boekelman en Jeroen de Bruin wel benadrukken: “Bij onze leden speelt de band met het verleden een grote rol. We willen best naar de Bruininxdeelse Kade verhuizen, maar we willen onze eigen identiteit niet kwijt.” Zodat kerngroep en architect aan de slag moeten met slimme oplossingen.

Maatschappelijk gebruik
Het gemeenschappelijk gebruik van velden en gebouwen zorgt voor een besparing. Hockeyvoorzitter Ernst Smilde wijst bovendien op de rol die het park kan spelen bij maatschappelijke initiatieven voor ouderen, jongeren en buurtverenigingen en bij WMO-activiteiten. “Dat biedt kansen, zonde als gebouwen te vaak leeg staan. Bovendien raken veel meer mensen zo Glaspark‘thuis’ op ons complex.”

Sporthal
Volgens een eerste raming gaat het Glaspark zo’n 4,5 miljoen euro kosten. De gemeente moet – volgens de plannenmakers – drie miljoen bijdragen, wordt eigenaar van de grond en kan beschikken over de vrijkomende gronden van verhuizende verenigingen. De rest van het geld komt voor rekening van de Stichting Glaspark die het sportpark gaat beheren. De komende periode wordt het plan besproken en uitgewerkt. Mogelijk wordt daarbij een extern bureau ingeschakeld. Deelname van andere buitensporters wordt toegejuicht, terwijl de bouw van een sporthal niet bij voorbaat is uitgesloten. Bart Bruggeman: “We zijn er nog niet, maar de positieve insteek is er.”

André Bijl